In Zottegem kijken ook Cambrinus en Cambrina er naar uit hoelang ze samen met hun kinderen Trees en Leo nog in hun kot moeten blijven. Van zaterdag 30 mei tot dinsdag 2 juni staat immers de Sinksenfoor met ’s zondags de traditionele reuzenommegang op de feestaffiche en voor de Zottegemse reuzenfamilie is dit ieder jaar de eerste uitstap en ook zowat de enige keer dat ze in eigen stad op stap gaat.
Het blijft echter af te wachten of de Nationale Veiligheidsraad en de federale overheid in het kader van de coronalockdown al dan niet het licht op groen zullen zetten voor evenementen zoals kermissen (die zeker bij goed weer toch ook voor een grote volkstoeloop kunnen zorgen). Of neemt, zoals dit met betrekking tot de hele maand april gebeurde, het Zottegemse stadsbestuur zelf opnieuw een beslissing waardoor het komt tot een verlenging van de afgelasting van alle stedelijke activiteiten? Of wordt het een Sinksenfoor met gesloten horecazaken en lege caf éterrassen? …
Afwachten dus maar als de Sinksenfoor doorgaat, zullen de foorkramers alleszins, zoals gewoonlijk, moeten betalen voor hun standplaats. Door de vzw VBF (Verdediging der Belgische Foorreizigers) werd immers aan het stadsbestuur het verzoek gericht om eenmalig voor dit seizoen 2020, dus ook voor de augustuskermis, geen standplaatsvergoedingen te vragen. Het college van burgemeester en schepenen heeft echter beslist om op dit verzoek niet in te gaan. De stadskas zou daardoor tweemaal zo’n 12.500 Ã 13.000 euro standgelden mislopen en ook wordt er op gewezen dat de foorreizigers in Zottegem gratis van elektriciteit gebruik mogen maken, terwijl ze in alle andere steden voor deze nutsvoorziening wel een bijkomende vergoeding moeten betalen.