Wat vinden marktkramers zelf van Markt Scheldewindeke?

Het bestuur van Oosterzele heeft de 75 ste verjaardag (dé albasten) van Markt Scheldewindeke niet onopgemerkt laten voorbijgaan. Er werd voor de marktbezoekers én marktkramers een feestje gebouwd. Met bellenman Marc Van Gaver, ludiek optreden van volkszanger Erik Wille, speeches van burgemeester Johan Van Durme en schepen lokale economie Orville Cottenie, eerbetoon aan de marktkramers, uitreiking brochure ‘75 jaar Markt Scheldewindeke’, paaseieren, receptie voor de bezoekers is de viering van 75 jaar Markt Scheldewindeke een mooi succes geworden. Dienst lokale economie – met veel dank aan marktleider Sylvianne De Sutter – heeft een mooi programma uitgestippeld en was druk in de weer om alles in goede banen te leiden. Schepen lokale economie Orville Cottenie had in zijn speech woorden van dank voor de marktkramers, de bellenman, de technische dienst, Helena van Erfgoed 4 sprong en Sylvianne, ambtenaar lokale economie.

Ook al telt Oosterzele momenteel drie warenhuizen (Carrefour, Louis Delhaize, Cado/Alvo Supermarkt) en tal van winkels, toch gaan een aanzienlijk aantal Oosterzelenaars naar de wekelijkse woensdagmarkt in Scheldewindeke. Op de markt staan elke week zo’n 17 marktkramers. ‘Als marktkramer zijn ze geboren, als marktkramer zullen ze sterven’, een gevleugelde uitspraak.  ‘We blijven dit doen tot we erbij neervallen’, klinkt het. In Scheldewindeke ook generaties die decennialang op de markt staan, zoals de ouders van kaasspecialiteiten Carine en de grootouders van Philip Vande Cauter, ze waren er zelfs bij sinds de oprichting in 1946. Opgeven staat nu eenmaal niet in het woordenboek van een marktkramer. Ze worden ook verondersteld in het harnas te sterven. Verhangen aan hun stiel, hun ‘marchandise’ met hart en ziel aanprijzen. Vroeg opstaan hoort er bij, maar de markt zit hen in het bloed. De kramen zijn wel geëvolueerd, de kramen bestonden vroeger uit eenvoudige planken op schragen, echte marktwagens zouden later komen. Nu de kap van hun winkelwagen openen en men kan beginnen werken. Sommigen worden zot als ze door echt noodweer of door corona niet naar de markt kunnen. Thuis blijven, neen. De plicht roept. Geen dag zonder de markt kunnen. Je hebt voortdurend passage, terwijl je in een winkel moet wachten tot de klanten binnenkomen. Je staat veel dichter bij de mensen, je kan voortdurend babbelen. Met de jaren schep je een band met de klanten. Neen, de markt zal nooit verdwijnen. De klanten zijn wel mondiger geworden. Lopen de markten in het algemeen wat terug, dan doet voeding het nog altijd uitstekend, in de textiel gaat het wat moeilijker.

Het aanbod op markt Scheldewindeke: bloemen, planten, postkaarten, groenten, fruit, kip aan ‘t spit, kaas, textiel, lederwaren, zuivel, aardappelen, kousen, panty’s, brood, gebak, damestextiel, olijven, tapas, vis, ondergoed, nachtkledij, zoetwaren, wafels, pannenkoeken.

Om precies te zijn, eigenlijk bestaat de markt 77 jaar, door corona kon men in 2021 de 75 ste verjaardag niet vieren. De wekelijkse woensdagmarkt werd na WO II, om precies te zijn op 10 juli 1946, opnieuw opgestart onder impuls van toenmalig burgemeester dr. De Ganck.  Al ruim 75 jaar na WO II wordt het marktplein in Scheldewindeke omgetoverd tot een plek van ‘merchandise’. Elke woensdag in het hartje van Windeke, een komen en gaan van vertrouwde gezichten. De markt zorgt voor ontmoeting en gezelligheid.

Wat typeert markt Scheldewindeke? Wat vinden de marktkramers zelf van de Markt Scheldewindeke?

Alain Cansse (Bottelare): ‘De aangename sfeer onder de marktkramers en bezoekers is de grootste troef. Het viskraam is het lokmiddel om mensen naar de markt te krijgen’.

Antoinette Verhaegen (Wetteren): ‘De vriendelijkheid van de mensen springt in het oog. Af en toe krijg ik weleens een koffie van een bezoeker’.

Benjamin De Smet (Zottegem): ‘De markt valt op door het groot aantal trouwe klanten. Ze zijn wel kieskeuriger geworden, groenten en fruit moeten er tegenwoordig perfect uitzien’.

Bert en Koen Cnudde (Scheldewindeke): ‘Het is een kleine markt, maar de verkoop loopt wel goed. Onze klanten hier zijn vroege vogels’.

Koen Wouters en Carine De Baerdemaeker (Evergem): ‘De marktbezoekers in Scheldewindeke zijn vroege vogels, de enige markt waar collega’s samen koffie gaan drinken. Sommige mensen komen al generaties lang naar de markt’.

Ernest Vyvey (Oosterzele): ‘De meeste klanten komen uit Oosterzele of de omringende gemeenten’.

Hans  Vervaet (Wetteren): ‘De markt is kleinschalig met een kwaliteitsvol aanbod. Het publiek bestaat uit aangename mensen die doelbewust kopen.

Hans De Vriese (Gavere): ‘Zelfs tijdens corona bleef de aardappelverkoop prima. De laatste jaren vinden ook meer jonge mensen de weg naar de markt’.

Hugo De Keersmaecker (Buggenhout): ‘Er heerst een toffe sfeer onder het publiek en de collega’s’.

Jo Balcaen (Herzele): ‘De markt trekt niet zozeer kijklustigen, maar vooral mensen die hun boodschappen komen doen’.

Kris Brusselmans en Helena De Graef (Oosterzele): ‘Samen met de markt van Wieze is Scheldewindeke een van de plezantst markten’.

Luc Steurbaut en Mariëlle Van Geyt (Oosterzele): ‘Het viskraam is de grote trekker van de markt. Veel mensen komen enkel vis kopen zonder de andere kramen te bekijken’.

Mohamed Lotfi (Zaventem): ‘We hebben nog niet veel klanten in Scheldewindeke, maar degenen die komen, kopen wel meteen voor een groter bedrag dan op andere markten’.

Pascal Janssens (Oostende): ‘Hier wachten de mensen nog hun beurt af en kopen de klanten voor een mooi bedrag’.

Philip Vande Cauter (Vurste): ‘Vroeger stonden er wel 40 kramen op de markt en werd er onderling veel plezier gemaakt’.

Gino Van Meer (Liedekerke): ‘De markt van Scheldewindeke is een hele goede markt met sympathieke mensen en toffe collega’s. Iedereen kent en helpt hier elkaar’.

Geert Mouton en Marianne Van Aelst (Aalter): ‘Scheldewindeke staat garant voor een sympathiek publiek dat het volledige aanbod van het Zoetekoekske kan smaken’.

De publicatie van een brochure waarin alle marktkramers worden voorgesteld werd heel positief onthaald. De brochure is heel overzichtelijk en heel kleurrijk. Dat de marktkramers met hun foto te zien zijn maakt het ook heel persoonlijk.

Schepen lokale economie Orville Cottenie: ‘Het is onze taak als bestuur om de markt aantrekkelijk te houden voor de trouwe bezoekers én de nieuwe inwoners. We willen iedereen blijven sensibiliseren om boodschappen te doen op de markt, zodat iedereen kan genieten van de charme en de warmte van het marktgebeuren. Het bestuur engageert zich om de markt op te frissen en geregeld uitpakken met animatie om de markt aantrekkelijk te houden’. (marcel van de vijver, foto’s danny de lobelle).