Zuid-Oost-Vlaanderen klimaatgezond

logo_nl_convenant

Persbericht, 27 januari 2017: ‘Zuid-Oost-Vlaanderen klimaatgezond’:

Dertien gemeenten gaan samen voor 40% minder CO2 Dertien buurgemeenten engageren zich, samen met de Provincie Oost-Vlaanderen, streekintercommunale SOLVA en Streekoverleg Zuid-Oost-Vlaanderen, om de uitstoot van broeikasgassen drastisch terug te dringen.

Afwachten is niet langer een optie. Daarom zullen zij een ambitieus actieplan uitwerken voor een klimaatgezond Zuid-Oost-Vlaanderen. Zo willen ze de CO2- uitstoot op het volledige grondgebied met 40% verminderen tegen 2030 ten opzichte van 2011. Daarnaast nemen zij ook maatregelen om de negatieve effecten van de klimaatverandering, zoals erosie, wateroverlast of verdroging, zo veel mogelijk te verzachten. Dat willen zij samen doen met inwoners, handelaars, bedrijven, verenigingen en landbouwers.

x
Samen sterker.
De gemeenten Maarkedal, Brakel, Zwalm, Lierde, Herzele, Sint-Lievens-Houtem, Lede, Erpe-Mere, Haaltert en Denderleeuw en de steden Ronse, Zottegem en Geraardsbergen gaan voor een gezamenlijke klimaataanpak. “Zuid-Oost-Vlaanderen heeft heel wat kleine en iets grotere steden en gemeenten. Vaak met gelijkaardige uitdagingen en opportuniteiten. Daarom zijn we er zeker van dat intergemeentelijk samenwerken doeltreffender zal zijn dan dat elke gemeente afzonderlijk gelijkaardige acties en plannen zou uitwerken.

Onze ambities zijn hoog, maar samen zullen we erin slagen om een betere omgeving achter te laten voor onze kinderen”, zegt Ilse Uyttersprot, voorzitter van SOLVA. Afwachten is geen optie De gevolgen van de klimaatverandering zijn nu al goed voelbaar. We worden regelmatig geconfronteerd met langere droogteperiodes of extreme regenval. In Zuid-Oost-Vlaanderen is erosie op landbouwgronden een gekend probleem, en dat zal onder invloed van de klimaatverandering nog toenemen.

Hoog tijd voor actie dus!
Uit een meting1 van VITO blijkt dat in de 13 gemeenten samen 959 000 ton CO2 werd uitgestoten in het referentiejaar 2011. 42% is afkomstig van woningen, 34% is te wijten aan transport (waarvan een belangrijk deel op de autosnelwegen), 12,5% aan diensten en handel, 8,5% aan industrie en 3% aan landbouw. De nodige energie hiervoor, meestal afkomstig van fossiele brandstoffen, wordt bijna volledig geïmporteerd uit het buitenland. Dit maakt de regio energie-afhankelijk. Om de toekomstige generatie te vrijwaren van hoge klimaatkosten slaan de 13 gemeenten nu de handen in elkaar. Zij willen nog meer inzetten op energie-effici ëntie en investeringen in hernieuwbare energie. Daarvoor wordt een regionale klimaatvisie en -strategie uitgewerkt. Zoveel mogelijk inwoners en belanghebbenden uit de regio zullen daarbij betrokken worden.

Eerste stap dankzij Burgemeestersconvenant Om hun engagement kracht bij te zetten, ondertekenen de 13 gemeenten op 27 januari samen het Europese Burgemeestersconvenant. Dit is een Europees initiatief waarin steden en gemeenten zich vrijwillig engageren om maatregelen te nemen om de CO2-uitstoot op hun grondgebied tegen 2030 met minstens 40% terug te dringen. Ook maatregelen om de gevolgen van de klimaatverandering te temperen, horen daar bij.

Peter Hertog, gedeputeerde voor Energie, geeft een stand van zaken: “Met deze nieuwe ondertekening zit drie kwart van de Oost-Vlaamse gemeenten op de boot van het Burgemeestersconvenant. De Provincie Oost-Vlaanderen ondersteunt hen actief bij de opmaak en uitvoering van klimaatplannen.”

Jozef Dauwe, gedeputeerde voor Klimaat, vult aan: “Dit kadert perfect in het streven van de Provincie Oost-Vlaanderen om klimaatneutraal en klimaatbestendig te worden tegen 2050.”