©Sophie Richez - Alain Triest en Joost Arents

“De stad in winterslaap? Een kaakslag voor ons personeel!”

Het Ninoofse schepencollege reageert uiterst gepikeerd op de uitlatingen van oppositiepartij Forza Ninove, die de stad op de gemeenteraad van vorige donderdag, een gebrek aan daadkracht verweet. Vooral de uitspraak van raadslid Ilse Malfroot dat het wel leek of Ninove in een winterslaap ligt schoot het bestuur in het verkeerde keelgat.

Burgemeester De Jonge noemt die uitlating een kaakslag voor het personeel. “Het schepencollege kwam de voorbije weken drie keer per week samen om de crisis op te volgen en kon daarbij maximaal op de stadsdiensten rekenen. Onze veiligheidsdiensten, de noodplanning, dienst communicatie, Organisatie en ICT, het verzorgend personeel van Klateringen… die mensen hebben de afgelopen weken dubbele shiften gedraaid of onder grote stress moeten werken,” benadrukt De Jonge, “Alle andere diensten hebben elk op hun manier hun hulp aangeboden om deze crisis het hoofd te bieden. Het zal wellicht niet zo bedoeld zijn, maar ik vind de uitspraak volstrekt ongepast.”

De oppositie vroeg vooral financi ële steunmaatregelen van de stad, maar schepen voor Sociale Zaken Veerle Cosyns (Samen-CD&V) beklemtoont dat de crisis niet alleen financieel maar ook mentaal diepe wonden aan het slaan is. “De voorbije weken is er dan ook enorm veel energie gegaan naar het menselijke aspect en belden onze medewerkers niet minder dan 4000 inwoners op om te informeren of ze hulp nodig hadden,” vertelt Cosyns, “Er werd een boodschappendienst opgezet, solidariteitsinitiatieven werden gestroomlijnd, collega Arents vroeg juffen en meesters contact op te nemen met de ouders van elk kind om te horen hoe het ging… Kleine dingen waar veel tijd in kruipt maar die enorm belangrijk zijn.”

Schepen van Lokale Economie Alain Triest benadrukt dat specifiek wat het financi ële betreft — waar Malfroot naar verwees — de stad niet heeft stilgestaan. “De bezetting van de dienst Lokale Economie werd verdubbeld. Personeelsleden van andere diensten zijn volop bijgesprongen om de informatiedoorstroming voor de lokale handelaars en bedrijven van de coronamaatregelen te garanderen. Dat we 1 miljoen vrijmaken voor de aanpak van deze crisis is ook geen loze belofte. Alle diensten hebben de formele opdracht gekregen dat budget bij elkaar te zoeken,” vertelt Triest, “Maar we gaan niet als een wilde weldoener blind geld in het rondstrooien. We willen dat de steun terechtkomt bij wie het echt nodig heeft en het vraagt nu eenmaal tijd om die maatregelen uit te tekenen. We brengen in kaart welke sectoren het hardst getroffen worden en zullen op basis daarvan de nodige maatregelen treffen. Dat kan pas als we zicht hebben op de impact van de crisis per sector.”