De sporthal De Rijdt in Brakel is dringend aan vernieuwing toe. Dat blijkt uit het laatste milieurapport en een recente analyse van de brandveiligheid. Het dak, inmiddels 24 jaar oud, vertoont duidelijke tekenen van slijtage en lekt op meerdere plaatsen. Daarnaast voldoet het gebouw niet langer aan de huidige ecologische én brandveiligheidsnormen. Als er geen ingrijpende renovaties volgen, dreigt op termijn zelfs een (tijdelijke) sluiting van de sporthal.
Schepen Frank Surdiacourt licht toe: “In de zomer wordt het binnen vaak ondraaglijk warm, zeker voor de jonge kinderen die deelnemen aan de drukbezochte zomerkampen. In de winter stijgen de verwarmingskosten dan weer fors door gebrekkige isolatie en een verouderd verwarmingssysteem.”
De renovatie van De Rijdt zou een aanzienlijke investering vergen. Tegelijk is er in Brakel nood aan nieuwe infrastructuur voor een multifunctioneel centrum. Daarom bekijken schepen Surdiacourt en burgemeester De Croo of beide projecten gecombineerd kunnen worden. Ze onderzoeken of De Rijdt omgevormd kan worden tot één multifunctioneel centrum dat ruimte biedt aan sport, cultuur en gemeenschapsleven.
De gesprekken met Farys, de huidige uitbater van het nieuwe zwembad én sinds kort ook van de sporthal, zijn alvast opgestart. Intussen werden ook een onafhankelijke experts geconsulteerd om de haalbaarheid van het project te analyseren. De focus ligt hierbij op het ontwikkelen van een geïntegreerde oplossing die financieel haalbaar is en tegelijk voldoet aan de duurzaamheidsnormen en brandveiligheid.
Toch zijn er nog enkele grote aandachtspunten. De watertoets en de parkeermogelijkheden op de site van De Rijdt baren zorgen. Volgens burgemeester De Croo gaan beide aspecten hand in hand, gezien de specifieke ligging van het terrein.
“Verkeersveiligheid is cruciaal,” benadrukt De Croo. “We merken dat de huidige parkeercapaciteit bij grote evenementen net volstaat, maar er is weinig marge. Willen we toekomstgericht denken, dan moeten we zeker zijn dat er voldoende ruimte is voor bezoekers, zonder de veiligheid of de leefbaarheid van de omgeving in het gedrang te brengen.”
Over de financiële impact van het project moet in de komende maanden duidelijkheid komen. Wel is de verwachting dat de integratie van sport-, cultuur- en ontmoetingsfuncties op één locatie kostenefficiënter zal zijn dan het afzonderlijk renoveren van de sporthal en het realiseren van een nieuw multifunctioneel cultuurcentrum. Een gecentraliseerde aanpak biedt bovendien bijkomende praktische voordelen: er is slechts één werf, wat de coördinatie en uitvoering aanzienlijk vereenvoudigt. Daarnaast volstaat één gemeenschappelijk verwarmings- en ventilatiesysteem, wat leidt tot lagere investeringskosten. Ook gedeelde faciliteiten, zoals sanitaire voorzieningen, verhogen de efficiëntie en zorgen ervoor dat er minder ruimte nodig is. Belangrijk is ook de continue beschikbaarheid van de sportinsfrastructuur: “wat de beslissing ook wordt, we moeten er zeker over waken dat de vele sportclubs de nodige faciliteiten ter beschikking hebben, aldus schepen Surdiacourt.
