Anny Bert: Olympisch Zilver

anny-bert-columns2

Anny Bert, 02/03/2018 –  Ik moest gisteren nog wat naar de woorden zoeken maar het lukte vandaag al veel beter. Ik bleef eerbiedig rechtop staan maar dat was niet zo goed voor mijn rug. Het moest dan maar vanuit de zetel. Het belangrijkste was toch die erkenning, die dankbaarheid, dat nationaal gevoel, noem het maar chauvinisme.

Een eeuwigheid geleden leerde ik de Brabançonne bij zuster Berghmans, niet die van Gaston en Leo, een moederlijke zuster met grootvaderlijke contouren. Of was het bij juffrouw Margriet, jawel, die ouwe vrijster die ons als naïeve, onbesmette, onbesmeurde kindjes aanraadde ’s avonds eerst onder ons bed te kijken of er geen man lag ?Hadden we daar in dat 4e  leerjaar een zieneres voor het bord die ons al voorbereidde op het tijdperk van Me-Too ? De echte bibber bezorgde ze me niet want ik had twee oudere zussen die vóór mij al hadden gecontroleerd of hij er nog lag, de man-onder-het-bed, en hem eventueel al de weg naar de uitgang hadden getoond.

We zongen op zaterdagvoormiddag  onze jeugdige keel toen schor zonder te begrijpen wat dat H.Land met dat dierbaar Belgi ë te maken had. Zelfs in mijn wildste kinderlijke fantasie ën kon ik me mijn vader niet als kruisvaarder inbeelden. Ik zag hem in overall en op zondag in een kostuum maar in een witte tabbaard met rood kruis op de borst en een vurig ros tussen de knie ën had ik hem nooit gezien.

Evenmin was ik als kind bereid ook maar één druppel bloed af te staan voor dat vaderland van mij, ook al brulde ik “Aanvaard het bloed van onze ad’ren”.

Wat Margriet en Godelieve en Marie-Madeleine met hùn bloed deden, kon me geen moer schelen maar ik werd als tienjarige al wee in de maag toen ik Maurice met een emmer bloed van het slachthuis zag naar huis komen en dat had dan nog wel een varken afgestaan, om in zwarte triepen over te gaan.

Nog enger vond ik later de woorden “Wees ons doel”. Ik kreeg het gevoel alsof een vroege Thibaut Courtois gereed was om de bal te stoppen maar opeens vaststelde dat het doel er niet meer was.

Nu, jaren en ervaringen en rimpels later, heb ik eerst staande, dan zittend de Brabançonne gezongen voor Bart Swings die Belgi ë na 20 jaar opnieuw  de geur van een Olympische zege op Winterspelen heeft laten opsnuiven. 20 Jaarlang moesten Artic en  IJsboerke en Van de Sande bij ons de gedachte aan ijs levendig houden wat aardig lukte tot Swings er zich mee bemoeide. Ik had hem vooral een knuffel willen geven omdat hij die Nederlander een poepje had laten ruiken.

Van de dames kwam er echter geen enkel metalen geluid vanuit Pyeongchang.

En dat heeft me aan het denken en aan het schrijven gezet. Doe er wat aan, Thomas, schreef ik hem. Geef onze Vlaamse vrouw eens de kans meer te woekeren met haar talenten en werp al die oude olympische disciplines overboord, schluss ! want als je Thomas Bach heet, nee niet die van de Bachbloesem en ook niet die van de Matthäus Passion, wel die van het BOIC, dan is Duits je moedertaal.

Start een olympische discipline snelstrijken, m ét stoom, gemengd, want ook daarin blinken Vlamingen uit, in mengen. Wat gedacht van gezelschapszwijgen korteafstand ? Als uitrusting enkel een smartphone nodig en een geoefende duim. Wat zou je denken van artistiek stofzuigen, Perzische stijl, de tapijten tenminste ? Of de zoldering afwassen met driedubbele salto met schroef ? Ziet hij niets in blindevinkenschieten, m ét ajuin en tomaat ? Of synchroon wasgoed ophangen : de vrouw en de geheime minnares van haar man ? Niet te vatten voor een indoor triatlon : koken, vaatwasmachine ledigen én telefoneren ? Zelfs met kunstliegen kunnen vrouwen op het hoogste schavotje landen, Herr Bach. Wat dacht je van vragen als : Hoe oud ben je ? Welke verbouwingswerken liet je aan je lichaam uitvoeren ? Heb je bijverdiensten ? Ooit zwartwerkers in huis gehaald ? Hoe vaak heb je last van hoofdpijn ?

Maar ik wil niets forceren. We hebben tijd en ook wachten wordt misschien ooit een olympische discipline. Misschien is tegen de tijd van de grote vernieuwing bij de Olympische Spelen de Brabançonne al vervangen door een Arabische hymne, kweekt men hier al lustig kamelen voor de races en weeft men er op los bij Beaulieu voor de 500 km Vliegend Tapijt.  We houden ons theelichtje als olympische vlam brandende.