Gemeenteraadsverkiezingen in Geraardsbergen 2018! Manu Lion (CD&V): “Giesbaargen boven!”


Manu Lion — gehuwd met Sophie Van der Beken en vader van Zo ë en Nel — is geboren en getogen in Geraardsbergen. Lion is een bewuste bewoner van het centrum. Hij is Letting & Sales Manager bij het vastgoedfiliaal van Proximus. Manu is vooral bekend in het sportieve, sociale en culturele leven van Geraardsbergen. De Geraardsbergenaar is secretaris van de Sportraad, zit in het kernbestuur van het minivoetbal en is nauw betrokken bij Krakelingen, de Processie van Plaisance en ‘Giesbaargs van ’t vat’. Hij is tevens animator van evenementen en auteur van verschillende ‘Giesbaargse liekes’.

Manu Lion wil zijn engagement verderzetten door aan de komende gemeenteraadsverkiezingen deel te nemen. Als nieuwkomer figureert hij op de vijfde plaats van de CD&V-lijst. Hij hoopt om op een onbevangen manier mee te kunnen helpen aan een ‘stevig’ beleid om deze stad verder uit te bouwen. ‘De renovatie van het Abdijpark en het Masterplan Stationsplein staan met stip genoteerd.’ Manu wil zich inzetten om Geraardsbergen te wapenen voor de toekomst. Hij pleit voor het verder ontwikkelen van het ‘Trage Wegenplan’. Geraardsbergen is rijk aan sportclubs en culturele organisaties. Dit moet verder worden ondersteund. Zijn lijfspreuk laat aan duidelijkheid niets te wensen over: ‘Aan Negativisme weiger ik mee te doen. Elke uitdaging biedt een opportuniteit.’

Wat wil je in Geraardsbergen behouden?
De eigenheid van de stad — met haar historiek, cultureel erfgoed en patrimonium — is van onmiskenbaar belang. Haar sappig, wat burlesk dialect moeten we zeker voor het nageslacht behouden. Laat het ons koesteren en in ere houden. Laat het ‘Giesbaargs vat’ maar lopen!

Geraardsbergen is een pittoreske en charmante stad met veel groen. We beseffen dat te weinig. Aan activiteiten en (sport)evenementen is er evenmin gebrek. Het is belangrijk om in onze sportinfrastructuur te blijven investeren. Sport is niet alleen belangrijk voor de gezondheid, het brengt ook mensen bij elkaar. We mogen trouwens terecht fier zijn op onze plaatselijke kampioenen die met regelmaat van een klok tijdens o.a. het Sportgala in de bloemetjes worden gezet.
De zeer actieve dorps- en wijkraden en verenigingen, maar vooral de vele vrijwilligers, zetten onze stad op de kaart. Houden zo!

De Oudenbergstad heeft een mooi winkelaanbod met gedreven lokale handelaars. Er is een gezonde mix met de ketenbedrijven langsheen de Astridlaan, dichtbij het centrum. De infrastructuur dienen we evenwel te herbekijken.

Geraardsbergen heeft een aantal troeven die te weinig worden uitgespeeld. Het bestuur moet ook buiten de grenzen durven kijken. Hoe worden bepaalde problemen in andere steden aangepakt? Roeselare wordt internationaal geroemd als de meest inspirerende winkelstad. Er zijn levendige stadspleinen, ‘shop & go’-parkings, nieuwe technologie ën, een hypermoderne bibliotheek… Wat past hier bij ons?

Wat wil je in Geraardsbergen veranderen?
Wat goed loopt, moet niet worden veranderd. De gestarte projecten moeten worden afgewerkt. Ik pik er de renovatie en de uitbreiding van de sporthal de Veldmuis uit. Dit is een dossier dat we — in samenspraak met de sportraad en -dienst en met de betrokken sportclubs — goed moeten verderzetten. Een open communicatie is zeer belangrijk.

Er wachten ons nog tal van grote projecten, onder andere de renovatie van het Abdijpark, de verdere bouw van het kenniscentrum, de heraanleg van de Astridlaan, de ontwikkeling van de stationsomgeving, tal van wegeniswerken, de waterhuishoudingsmaatregelen, … Aan Negativisme weiger ik mee te doen. Elke uitdaging biedt een opportuniteit.

Noem twee prioriteiten uit jouw programma.
Sport en cultuur staan hoog op mijn agenda. Een gepaste infrastructuur is uiteraard primordiaal maar er dient ook zorgzaam te worden omgesprongen met de vele sportclubs en culturele organisaties die onze stad rijk is. Financi ële steun zal niet alles oplossen, maar kan helpen. De clubs en de organisaties bij elkaar brengen, om te luisteren, aan te moedigen en om samen te werken, is minstens even belangrijk.
Laat ons ook enkele onderbenutte sites herwaarderen: het Abdijpark, den Bleek, … Een aantal kan een herbestemming krijgen. Een mooi voorbeeld is de Fietskerk van de Sint-Martinus Kerk in Onkerzele. Delen van de openbare infrastructuur kunnen tijdens de daluren ter beschikking worden gesteld.

Het Trage Wegenplan dient verder te worden afgewerkt.  De goede inbedding in de deelgemeenten biedt heel wat opportuniteiten. Ik denk bijvoorbeeld aan rustpunten met faciliteiten.
Wat betreft de stedenbouw en de ruimtelijke ordening dienen we met de afbakening van het kleinstedelijk gebied een cruciaal traject te doorlopen. Wat betreft wonen, werken, handeldrijven, sport en cultuur dienen de gewenste en mogelijke bestemmingen te worden vastgelegd.

De renovatie van het Abdijpark en het Masterplan Stationsplein staan met stip genoteerd. Het Abdijpark — de groene long van het stadscentrum — biedt tal van opportuniteiten. Dit verdient meer dan wat nostalgie. Het park moet weer bruisen van energie en leven. Een doordachte herwaardering moet van het park een oase in ons stadscentrum maken.
De stationsomgeving is dringend aan een heraanleg toe. De parkeertoren is een eerste stap. Het behoud van het unieke karakter is belangrijk. Het busverkeer vraagt een betere ontsluiting. De stationsomgeving moet een aangename leefomgeving met voldoende groen worden. Het Stationsplein biedt voldoende opportuniteiten om evenementen te organiseren, zoals de kerstmarkt, optredens… Uiteraard dient dit allemaal in overleg met de bewoners en de handelaars te verlopen.

Welke plaats heeft voor jou in Geraardsbergen vanuit jouw gedrevenheid en engagement een grote betekenis?
Ik ben in de Abdijstraat opgegroeid. Mijn thuis was een warm nest, waar iedereen welkom was. Buren, vrienden en jeugdverenigingen kwamen er met de regelmaat van de klok over de vloer. Je hebt er bovendien een mooi uitzicht over een deel van het stadscentrum, met het herkenbare Collegetorentje. Ik liep er 12 jaar school. Een beetje verderop lag ‘ons speeldomein’, het Abdijpark, met het “Veurplaun”, de parking aan het belastinggebouw. Het Abdijpark vormde ons vakantiedorp gedurende de zomervakantie.

Het was een buurt waar iedereen elkaar kende en respecteerde. ’s Avonds zaten de mensen gezellig bij elkaar om over het leven te filosoferen… ik was een aandachtige luisteraar. En in de lente passeerde de Ronde van Vlaanderen door de abdijstraat. Het was een sportief topmoment.

In ‘hotel mama’ heb ik tot mijn 29 jaar gewoond. Hier kreeg ik de waarden mee die ik nog steeds toepas: engagement nemen en doelen realiseren. Doen om Goed te doen!

Hartelijk dank voor dit interview.

Julien Borremans