Onmisbare steun voor Geraardsbergse basisscholen Nieuwe taalcoach in dienst


Een nieuwe taalcoach is in dienst getreden bij het OCMW. ‘Die ondersteunt de scholen bij het werken met anderstalige en taalarme kinderen en hun ouders’, zegt voorzitter David Larmuseau. ‘Die werking is de voorbije jaren uitgegroeid tot een onmisbare pijler van het Huis van het Kind. Want de scholen hebben nood aan een professionele ondersteuning bij de promotie van het Nederlands.’

Leerkrachten ondersteunen In het kader van de strijd tegen de kinderarmoede werd in 2016 binnen het Huis van het Kind een taalcoach aangeworven. Die werkte een groot aanbod uit voor zowel directies, als leerkrachten, zorgcoördinators en GOK-leerkrachten van de Geraardsbergse basisscholen. Ten behoeve van de scholen werd een uitgebreide materialenbank uitgebouwd. Die wordt gratis ter beschikking gesteld. Kinderen met taalproblemen kunnen dan ook op een deskundige manier worden opgevangen en begeleid.

Dertien workshops Naast de materialenbank werden dertien workshops ontwikkeld. Die gaan over het werken met Apps, zelfs in de kleuterklas; het opstellen van een individueel werkplan voor anderstalige nieuwkomers; het stimuleren van het leesplezier, het begrijpend lezen en het luisteren; hoe een kind taal leert en je de woordenschatontwikkeling kan stimuleren; het lezen van pictogrammen enzovoort. De taalcoach adviseert ook ouders met vragen over de taalontwikkeling van hun kind en is het aanspreekpunt voor vragen over taken, brieven en praktische afspraken op school.

Onmisbare pijler Huis van het Kind Na de aanstelling van de taalcoach tot coördinator van het Huis van het Kind, werd na een selectieprocedure een nieuwe taalcoach aangeworven. Tanja Sevenois is een vastbenoemd personeelslid van het schoolbestuur vzw Sint-Jozefsinstituut met jarenlang ervaring in de sector. ‘Die is nodig, want de taalcoach is de voorbije jaren uitgegroeid tot een onmisbare pijler in de werking van ons Huis van het Kind’, besluit OCMW-voorzitter David Larmuseau. ‘In de scholen blijft de nood groot om de promotie van het Nederlands professioneel te ondersteunen.’