Jachtincident: natuurbeschermer die met wapen werd geïntimideerd aan tafel met de CEO van de Wildbeheereenheid Vlaamse Ardennen

De actievoerder A. en de CEO van de Wildbeheereenheid Vlaamse Ardennen. Alle foto’s waarop personen herkenbaar zijn afgebeeld werden met toestemming gepubliceerd.

Ontdek alles over het gesprek dat tot stand kwam op initiatief van de CEO van de Wildbeheereenheid. Lees verder het interview met de CEO en verneem wat de reacties waren van de Zottegemse burgemeester De Potter en de toekomstige burgemeester Diependaele.

De natuurbeschermer A. uit Sint-Maria-Oudenhove zat vrijdagavond aan tafel met de CEO van de Wildbeheereenheid Vlaamse Ardennen. Samen met de getuige G. legde hij uit hoe hij spontaan een (in zijn beleving) vreedzame actie voerde tegen drijfjacht. Hij geeft aan dat zijn initiatief impulsief was, ttz. met een lepel op een pan slaan om zo het wild te verdrijven zodat het niet kon worden geschoten. Dat deed hij omdat er sinds jaren op een door hem niet aanvaardbare wijze en zo direct in de omgeving van woonhuizen wild wordt opgejaagd en afgeschoten.

Weide waarin de actievoerder, ter hoogte van het kleine bos, met een houten lepel op een pan trommelde terwijl verderop het wild luidruchtig werd opgejaagd in de richting van de gewapende jagers. Met dank aan G., eigenaar van de weide, voor de afbeelding.

De getuige verklaarde hoe hij de jager zijn geweer zag dichtklappen, in de grond vuren, het geweer terug zag laden en naar de actievoerder toe stappen.

De eerste contacten voor dit gesprek werden gelegd via de redactie van De Beiaard. Een reporter was aanwezig tijdens de ontmoeting ten huize van G., de getuige van het incident. Met toestemming van de protagonisten leest u dit verslag. Het kwam tot een gemoedelijk gesprek met respect voor ieders standpunt.

  • A. is een natuurbeschermer die ook politiek actief is binnen de groene beweging. Hij trekt zijn levenshouding door in een vegetarisch voedingspatroon. Ondanks het wettelijke karakter is hij tegen elke vorm van jacht. Hij schrijft als verduidelijking: “Zelfs tegen het feit dat de mens überhaupt kan beslissen over leven en dood van dierlijk leven hier op aarde. En liefst zie ik hier terug vossen, herten, ree ën, wolven,… Een vos die over een omheining van 2 meter klimt lijkt me ook onmogelijk. En een kind bijten… dat lijkt me een pro-jagers verzinsel…” Als politicus is hij de eerste om te zeggen dat alleen door te praten overlast kan worden aangepakt en verdere escalatie kan worden vermeden.

  • De CEO van de wildbeheereenheid is een liefhebber van een lekker stuk vlees en jaagt ook zelf op het wild. Hij kent de jachtregels op zijn duimpje en slaagt er in om in goede verstandhouding met de andere rechtmatige natuurgebruikers zijn passie te beleven. Hij hanteert de gouden regel: “Als je miserie hebt met buren die het niet zo op de jacht gemunt hebben blijf je beter weg uit hun omgeving, vermijd steriele discussies en tracht indien mogelijk op een serene wijze de ‘tegenstander’ te overtuigen dat jacht zinvol is!” Ook hij noemt zich een natuurliefhebber want zijn grootste passie is het observeren van wildsoorten en het leven in de natuur. Eigenlijk gaat de jacht voor hem niet eens over het ‘schieten’. Schieten ter intimidatie, ook al is het in de grond, vindt hij laakbaar. Het werpt een smet op de jacht als (volgens hem) noodzakelijk gebeuren en stelt de jagerij in het algemeen in een zeer slecht daglicht.
Afbeelding : CEO wildbeheereenheid
  • De getuige G. gaf aan de CEO bijkomende duiding want hij zag alles gebeuren via zijn surveillancemateriaal. G. vertelt : de betrokken actievoerder bevond zich op zijn eigendom, een weide die grenst aan de locatie van de drijfjacht. G. bewaakt zijn domein rigoureus. Hij ken het plattelandsleven en heeft geen probleem met het principe van de jacht maar laat deze jachtgroep niet toe op zijn terreinen. De aanwezigheid van de actievoerder, die een buurman is, was voor hem geen probleem. Hij is zelf liefhebber van vuurwapens, maar tegelijk helpt hij actief vogels en klein wild om de winter door te komen door bijvoederen en observatie.

Zijn weide met boomgaard en een grote tuin zijn een veilige haven en broedplaats.

Samen overlopen ze het gebeuren zo objectief als mogelijk. De vertegenwoordiger van de jagersvereniging geeft duiding bij de regels en de wetten. Hij vertelt ook iets meer over de jacht in onze regio. Zo werden vorig jaar, alleen al in Oost-Vlaanderen, 395 vossen geschoten. Dat is een zowat derde van de populatie. Het aantal vossen groeit desondanks nog elk jaar aan. Zo waren er in de negentiger jaren van vorige eeuw amper enkele tientallen vossen. Elk jaar gebeuren er tellingen van de verschillende soorten wild aan het begin van het jachtseizoen. Op basis daarvan wordt beslist hoeveel dieren van elke soort mogen worden ‘neergelegd’.

De actievoerder, die door de jager werd ‘aangepakt’ geeft aan dat dit kleine bos helemaal geen grote populatie kent. Elk jaar worden de dieren met veel lawaai opgedreven en aan de rand van het bos ‘neergelegd’. Dat zorgt voor angst bij kinderen en buren want het gebeurt in de weides vlak achter de tuinen van de betrokkenen. De herhaaldelijk opeenvolgende salvo’s waarmee het afschieten gebeurt is wat hem motiveerde tot een spontane actie, waarbij hij geweldloos mee lawaai ging maken, maar dan om de dieren terug de andere kant op te drijven.

Ondanks verschillende visies op jacht en wapenbezit zijn de drie mannen het eens dat gebruik van een wapen ter intimidatie nooit aanvaardbaar is. De CEO legt uit dat hij persoonlijk contact zal opnemen met de vermoedelijke groep jagers om ook hun kant van het verhaal te horen. Als CEO heeft hij ruimte om individueel te handelen. Maar een groep jagers is niet verplicht om lid te zijn van een vereniging. Zodra ze over voldoende aaneengesloten jachtterrein beschikken kunnen ze met een jachtvergunning jagen op gronden waarop zij de toestemming hebben. Voorlopig kunnen de betrokkenen zich in dat initiatief vinden.

Wordt vervolgd.

Na het gesprek: ondanks een verschillende mening is er respect.

De Beiaard stelt nog enkele vragen aan de CEO.

De Beiaard : Kan u iets meer vertellen over die jachtgebieden?

CEO : De Wildbeheereenheid (WBE)Vlaamse Ardennen (WBEVA) is de grootse WBE in Vlaanderen met een aaneengesloten bejaagbare oppervlakte van 27.479.51 Ha op 1.1.2019. Deze is opgedeeld in 79 verschillende jachtgroepen en bemand door 170 jagers naast een adviescomit é van 15-tal mensen. Jachtgroepen zijn een aantal jagers die samenwerken door biotoopverbetering en zorgen voor de wilsoorten (rust — dekking en voedsel).

Naast de vetbolletjes die door particulieren in hun tuin hangen om de vogeltjes in de winter te voorzien van het nodige voedsel, besteedt de wildbeheereenheid over hun ganse grondgebied voor meer dan vijftigduizend kilo wintervoedsel, zoals tarwe en maïs dat in hoofdzaak door de niet bejaagbare soorten wordt genuttigd, daarnaast de aankoop van bossen door jagers met eigen middelen en het zaaien van meer dan tweehonderd ha winterdekking en wildmengsel teneinde in de winter de kale velden te voorzien van rust voedsel en dekking, noteer : ook voor de niet bejaagbare soorten.

De Beiaard : De wet schrijft voor dat jacht alleen is toegelaten op een aangesloten gebied van minstens 40 hectaren.

CEO : Dat is juist en eigenlijk is dat weinig. Om goed te kunnen “jagen”, meer bepaald de wildsoorten te beheren, zou al zo’n 100 aaneengesloten hectaren een meer aangepast oppervlakte zijn. De meeste groepen hebben trouwens veel grotere jachtgebieden. Zo ook de groep die hier (in de omgeving) actief is beschikt over 419 ha. Het feit dat mensen en de lokale overheden of particulieren hun gronden uitkleuren maakt voor de jacht weinig verschil, het feit dat er gronden zijn ingekleurd als jachtveld is te wijten aan de historiek van de jacht, doch zijn dit gronden waarop zo wie zo niet of nooit is gejaagd, In private domeinen waarvoor we niet uitdrukkelijk mondelijke of schriftelijke toestemming hebben jagen we niet. In tuinen, kerkhoven, voetbalvelden en gemeentelijke of private feestzalen of op straat al helemaal niet. Het ‘uitkleuren’ van kleine tuinen en private eigendommen op initiatief van VBV is een schot in eigen voet, als jachthaters beseffen zij niet wat de waarde is van de weidelijk jacht voor de biodiversiteit en een gezonde wildpopulatie naar de toekomst. Wij willen onze kinderen en kleinkinderen ook laten kennis maken met de wildsoorten die nu nog in de natuur voorkomen in plaats van ze naar een dierentuin te moeten sturen. Deze acties raken nauwelijks aan de bruikbare jachtoppervlakte.

De Beiaard : Hoe zit dat met de jachtvergunning van jagers die zich niet correct gedragen?

CEO : Het is de arrondissementscommissaris, onder beheer van de gouverneur, die een jachtvergunning uitgeeft en kan intrekken. Dat gebeurt bij een gerechtelijke uitspraak als inbreuk op de jachtwetgeving of volgens eigen inzicht wanneer er verstoring is van de openbare orde. De betrokken jager kan daar tegen in beroep gaan.

Tot slot wil ik meegeven dat het de taak is van de jager om te zorgen voor de natuur en de biodiversiteit, met inbegrip van het wegnemen van een verantwoord overschot aan wild voor consumptie van een heerlijk en eerlijk stuk wildbraad dat opgegroeid in de natuur en zich wonderbaar verdedigt, zelfs tegen de moderne wapens. Wij streven naar een gezonde wildpopulatie naar de toekomst met alle middelen die de wet ons toelaat.


Tot slot krijgt u de reacties mee van de burgemeester van Zottegem en zijn opvolger, na de publicatie van het artikel over het jachtincident.

Burgemeester Jenne De Potter, huidig burgemeester van Zottegem,

Jagers kunnen absoluut helpen om het natuurlijk evenwicht te bewaren en hebben hun rol te spelen maar dat kan alleen als de wettelijke regels door iedereen strikt worden gevolgd en toegepast. De cowboys, en dat is volgens mij gelukkig een kleine minderheid, moeten er uit gehaald worden. Bedreigingen zijn in ieder geval ontoelaatbaar.

Als stadsbestuur hebben we reeds een belangrijke stap gezet door alle onze publieke eigendommen die voorheen ingekleurd stonden als jachtgebied uit te kleuren. Ook hebben we aan onze inwoners laten weten dat ze kunnen nakijken of   hun private-eigendommen eventueel zijn ingekleurd als jachtgebied. Dat kan via de website van geopunt.be of via de website van de Sint-Hubertusvrienden.

Matthias Diependaele, toekomstig burgemeester van Zottegem.

Ik vind dat de huidige regelgeving rond jacht goed zit. Mijn persoonlijke mening is dat ik geen probleem heb met het doden van dieren voor consumptie. Maar ik begrijp niet hoe er mensen kunnen zijn die daar plezier kunnen aan beleven en daar hun hobby kunnen van maken. Blijkbaar bestaat dat. Ik stel dat alleen maar vast.

De bestaande reglementering rond jacht is een heel broos evenwicht tussen de ideale wereld van de natuurverenigingen en de absolute vrijheid van de jagers. Heel wat mensen uit de natuurbeweging, die eigenlijk een verstrenging zouden willen van de regelgeving, zullen het toch niet ter sprake brengen uit vrees dat ook de omgekeerde beweging wel eens zou kunnen worden gemaakt en de regelgeving dus op sommige punten misschien wel verstrengd zou worden maar op andere dan weer minder streng.

Kort gezegd: ik snap niet wat er zo leuk is aan jagen. Maar ik ben niet de idee toegedaan dat het moet worden verboden. De regelgeving zoals ze is lijkt mij op kleinere zaken na correct.

Misschien wel nog 1 duidelijk punt: bovenstaande is mijn mening over de jacht-regelgeving. Laat het duidelijk zijn dat dat helemaal los staat van mijn mening over die idioot die blijkbaar denkt in de grond te moeten schieten omdat er iemand lawaai maakt. Die mogen ze voor mijn part echt zijn vergunning afnemen.

Voor de volledigheid nog een reactie van Heidi Schuddinck, van Groen Zottegem. De betrokken actievoerder is lid van Groen Zottegem.

Mevrouw Schuddinck stelt zich de vraag of een jachtvergunning kan ingetrokken worden na zo een incident. Ze wijst er op dat de regelgeving moet nageleefd worden. Voor haar kan het incident niet door de beugel.

Verslaggeving : Carl Nys (Sjarel Klak)


Duiding : Alle foto’s waarop personen herkenbaar zijn werden gepubliceerd met hun toestemming. De gesprekspartners kregen de mogelijkheid om over de tekst die hen betreft opmerkingen te geven voor de eigenlijke publicatie. Dank aan getuige G. voor de afbeeldingen van de omgeving.