Op 20 mei onderneemt het parket bij het hof van beroep in Gent actie tegen een beslissing van de federale regering die diep ingrijpt op de pensioenen van magistraten. Niet de inhoud van de maatregel op zich, maar de manier waarop ze tot stand kwam — zonder overleg — heeft binnen de magistratuur geleid tot grote verontwaardiging. Volgens het parket gaat het om een vertrouwensbreuk én een aantasting van de onafhankelijkheid van Justitie.
Een opstapeling van frustraties
De beslissing rond de pensioenregeling wordt de actievoerders omschreven als “de druppel”. Ze komt bovenop jarenlange structurele verwaarlozing van Justitie, met bekende pijnpunten: personeelstekorten, verouderde gebouwen, falende digitalisering en een gebrek aan een langetermijnvisie. De hervorming wordt dan ook niet als een op zichzelf staand incident gezien, maar als het zoveelste signaal van institutionele minachting voor de rechterlijke macht.
Protest met nuance
Het protest van het Gentse parket sluit aan bij eerdere acties in het ressort en is bewust beperkt van aard. Concreet zal bij de kamer van inbeschuldigingstelling in niet-dringende dossiers worden aangestuurd op uitstel van behandeling tot na het gerechtelijk verlof. Het gaat dan om zaken waarin niemand aangehouden is, waarin geen internering wordt gevraagd, en waarin het onderzoek niet in het gedrang komt.
Dit type actie — symbolisch, maar zorgvuldig afgebakend — laat zien dat het parket zich bewust is van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. De burger mag niet de dupe worden, klinkt het tussen de regels. De actie is dan ook tijdelijk en afhankelijk van het verdere verloop van het overleg tussen de drie staatsmachten.
Zes fundamentele pijnpunten
De actievoerders werpen in bredere zin de vraag op hoe Justitie zich nog kan handhaven als onafhankelijke pijler van de rechtsstaat wanneer structurele investeringen uitblijven. De actie is geen alleenstaand signaal, maar past in een bredere roep om herwaardering van Justitie. Onderliggend zijn zes structurele frustraties voelbaar:
- Aanhoudend personeelstekort — waardoor dossiers blijven liggen en vertragingen oplopen.
- Verouderde infrastructuur — rechtbanken en parketten werken in onveilige of onaangepaste gebouwen.
- Uitblijvende digitalisering — ondanks beloftes blijft de sector achter op vlak van digitale werking.
- Beperkt budgettair draagvlak — structurele onderfinanciering frustreert elk initiatief.
- Geen langetermijnvisie — Justitie blijft onderhevig aan politieke willekeur en korte-termijnmaatregelen.
- Communicatie zonder overleg — zoals nu met de pensioenmaatregel: beslissingen zonder enige consultatie.
Rechtspraak is geen kostenpost
De actievoerders eindigen met een duidelijke boodschap: Justitie is geen luxe of administratief sluitstuk, maar een fundamentele pijler van de democratische rechtsstaat. Elke burger heeft recht op een onafhankelijke, toegankelijke en efficiënte rechtspraak — niet als gunst, maar als basisvoorwaarde voor vertrouwen in de overheid.
Dat deze actie geen loze dreiging is, blijkt ook uit de manier waarop ze wordt aangekondigd: beredeneerd, proportioneel en met openheid voor overleg. Tegelijk wordt impliciet een fundamentele vraag gesteld: wil de federale regering Justitie nog erkennen als volwaardige staatsmacht, of blijft ze haar structureel ondergraven?
Julien Borremans