Op twee wielen doorheen Azi ë – deel 1.

Ooit een droom, nu werkelijkheid. Meer dan een jaar geleden zetten we voet aan land in Trivandrum, Zuid India, waar de zoektocht begon naar twee reiscompagnons waar we ons leven op konden vertrouwen. Twee motoren die ons door dik en dun, in goede en kwade dagen, in gezondheid en ziekte, tot de dood of verkoop ons scheidt doorheen India en Nepal zouden vergezellen.

Indi ë

Na een grondige zoektocht en wat voorbereiding waren we er klaar voor. Blootgesteld aan de elementen reden we het avontuur tegemoet. Eerst naar Kanyakumari, het uiterste zuidpunt van India om van daar onze blik naar het verre Noorden te richten.

Doorheen het hart van een land vol intense kleuren, ondenkbare geuren, heerlijk gekruid eten, overweldigende schoonheid en de niet te missen chai, melkthee. Voor we vertrokken waren we al gewaarschuwd voor de totale chaos in het verkeer, maar de term chaos dekt de lading niet. Totale ontreddering. Het wilde westen op wielen. Vaak lazen we hoe het verkeer wonderlijk gestroomlijnd zich een weg baant door de steden met een prachtige, onzichtbare orde. Als een rivier die zich rustig een weg baant naar de zee. Romantisch bijna, maar niets is minder waar. Een vriendschappelijke aanrijding, een noodgedwongen manoeuvre richting de goot en een constante vinger op de toeter zijn dagelijkse kost wanneer je op de baan bent. De beste tip die we kregen was, wees de koe! Langzaam een weg banend doorheen een wereld waar je niet helemaal thuishoort, ogen enkel gericht op de baan die voor je ligt.

Eens door de steden heen geworsteld opent zich een andere wereld. Een wereld van tropische oerwouden, oneindige velden met hier en daar een rieten hutje en banen die zich een weg slingeren doorheen rivieren, over bergtoppen en plots opnieuw een stad in. Het verschil tussen de stad en het platteland is een beetje zoals tijdreizen. Wie heeft ooit gezegd dat tijdreizen een onmogelijk zaak was? Twee wielen, een beetje nieuwsgierigheid en een pakketje avontuur zijn voldoende om een geheel nieuwe wereld binnen te treden.

India mag dan officieel één land zijn, in praktijk brengt het vele werelden onder één noemer samen. Vele werelden die gemeenschappelijk hebben dat ze allen gevuld zijn met nieuwsgierige mensen. Kleurrijke mensen die hun deur voor je openstellen in ruil voor een foto, of eerder, een honderdtal foto’s.

India is een land waar je nog gemakkelijk op plaatsten komt waar toeristen ongezien zijn. Dat is toch zeker het gevoel dat we kregen in Shirpur toen er plots een 30-tal mensen om ons heen stonden die alles in het werk stelde om met ons op de foto te staan. De gehele school in rep en roer, met zowel leerlingen als leraren die naar buiten kwamen om ons te begroeten.

Nepal

Na een wervelwind aan leven en 7000 kilometer achter de kiezen kwamen we toe in Nepal. Plots was er rust en stilte. Plots werd het koud. Een simpele grens over en een nieuw landschap ontvouwt zich. Onze longen konden op adem komen en onze zielen ontdekten de waarde van rust.

In putje winter betraden we Nepal, het land van ontembare natuurlijke schoonheid en bergen die de hemel binnen handbereik lijken te brengen. India voelt al een beetje als tijdreizen, maar Nepal brengt je nog een pak verder terug in de tijd, zeker in het nationale park van Bardia. Geen verwarming, kleine lemen hutjes met een paar kippen, een varken en met wat geluk een buffel. Leven past zich aan aan de buitentemperaturen. Gehuld in mist vindt het ontbijt buiten plaats rondom een vuur. Met wat geluk banen de zonnestralen zich tegen de middag een weg doorheen de wolken en is het tijd voor een duik in de rivier. In het ijskoud smeltwater te midden van de bossen staan ineens mensen hun haren en kleren te wassen. De dag sluit zich af hoe ze begon, rondom een vuur met het avondmaal op schoot.

Nu we erop terugkijken was er voor ons geen beter moment om in Nepal te zijn. Het was putje winter, maar langzaam baande we ons een weg doorheen de mist en tot boven de wolken richting de zon. We lieten onze motoren achter in Pokhara en gingen verder te voet de uitdaging aan. Voetje voor voetje, de ene ademhaling al wat lastiger dan de andere, baanden we ons een weg naar Annapurna Base Camp op een 4200 meter boven zeeniveau. Bevroren rivieren, gletsjers, scherpe landschappen en vallende stenen. Een plaats waar moeder natuur nog vol trots haar pracht en praal ten toon stelt. Een ervaring als geen ander. Drie dagen omhoog, twee naar beneden, maar een ervaring rijker die we nooit of te nimmer zullen vergeten.

Na onze adembenemende klim begon onze tocht terug naar beneden, terug naar India om afscheid te nemen van onze trouwe reiskameraden en om onze reis verder te zetten richting de rest van Azi ë.

Met pijn in het hart verkochten we onze motoren in Pushkar en stapte we op het vliegtuig richting Vietnam.

(wordt vervolgd)

Jonas en Iris bij hun motoren

landschap Indi ë

Meer over dit avontuurlijke duo kan je ook lezen op JONAS & IRIS@A.TRAVELLERS.TALE