Langs de drukke N42 in Wijnhuize staat de Kalvaerkapel, ooit een bruisend gebedshuis, nu een stille getuige van verval en onverschilligheid. Sinds de ontwijding in 2015, goedgekeurd door zowel de dorpsgemeenschap als de gemeenteraad, zijn er veel vragen gerezen over het toekomstige lot van de kapel en haar inboedel. Tijdens een volksbijeenkomst eerder dit jaar, georganiseerd door de dorpsraad van Sint-Lievens-Esse, stemde een meerderheid van de inwoners in met de afbraak van de kapel, maar ze willen wel de waardevolle elementen zoveel mogelijk behouden. Er is een breed gedragen wens om belangrijke onderdelen, zoals het monumentale houten kruis, de Mariagrot en de glasramen, te redden. Dit behoudsverlangen kreeg plots een impuls door de komst van een vrijwilliger die zich inzet om de Kalvaerkapel grondig te renoveren en erfgoedwaardige objecten en relicten te bewaren.
Het verval van de kapel
De geplande afbraak van de Kalvaerkapel heeft geleid tot talrijke speculaties over de oorzaken van het verval. Een belangrijke factor lijkt de aanhoudende rivaliteit tussen politieke families in Wijnhuize en Sint-Lievens-Esse te zijn, een strijd die al voor de fusie met Herzele woedde. Deze interne conflicten hebben het behoud van de kapel en de verantwoordelijkheden rond het gebouw bemoeilijkt. Het ontbreken van een duidelijk eigendomsstatuut heeft ertoe geleid dat de kapel, die sinds 2015 op gemeentelijke grond staat, niet direct onder de zorg van de gemeente viel. Dit veroorzaakte verwarring over wie verantwoordelijk was voor het onderhoud en de bescherming van het gebouw.
De oppositiepartij LEEF! Herzele heeft stappen ondernomen om de situatie te verduidelijken. Ze hebben het dossier opgevraagd bij de gemeente en streven ernaar de betrokkenheid van de gemeenschap te vergroten. Een dringende vraag die hen bezighoudt, is of de laatste erfgenamen van de familie die de kapel begin jaren 2000 restaureerde, toen al afstand hebben gedaan van hun rechten ten gunste van de gemeente. Dit kan grote gevolgen hebben voor de huidige eigendomsstatus van de kapel en de geplande afbraak.
In reactie op vragen van LEEF! sprak schepen van Cultuur, Heidi Knop, haar waardering uit voor het erfgoed van de Kalvaerkapel. De sloop van het bovenste en achterste deel van de kapel is uitgesteld om een duidelijker beeld te krijgen van wat bewaard moet blijven. Ze benadrukte echter haar bezorgdheid over de veiligheid van mensen die onderzoek doen in de vervallen kapel. Een lijst van te redden objecten is inmiddels opgesteld, en een Herzeelse ambtenaar zal samen met de aannemer ter plaatse deze week de lijst doornemen om ervoor te zorgen dat de waardevolle stukken behouden blijven. Ook schepen Ann Van Ruyskensvelde, inwoner van Wijnhuize, beklemtoonde het belang van de kapel en gaf aan zich te willen inzetten om na de afbraak een waardevol project te realiseren.
Een burger heeft voorgesteld om van de geredde stukken een ensemble te maken: “Het altaar uit de bovenkapel kan dienen als kast, en van het verzamelde hout kan een vitrine worden gemaakt om de gevonden relicten in te plaatsen. De Mariagrot zou daarbovenop worden geplaatst.”
De plundering van de inboedel
Naast de eigendomskwesties roept de afbraak van de kapel ook vragen op over de inboedel. Veel waardevolle voorwerpen zijn verdwenen, en het is bekend dat lokale politici betrokken waren bij het illegaal weghalen van stukken uit de kapel. Terwijl het Christusbeeld in bewaring werd genomen door de inwoners van Wijnhuize, blijft de rest van de inboedel zoek. Zowel de bewoners van Wijnhuize als LEEF! vragen zich af waar deze stukken zijn gebleven. De partij roept de gemeente op om een oproep te doen aan de bevolking om ontvreemde voorwerpen terug te brengen, desnoods anoniem. Dit zou niet alleen bijdragen aan het herstel van de kapel, maar ook de morele verplichting van de gemeenschap tegenover haar geschiedenis benadrukken.
Een zorgvuldige afbraak
De afbraak van de kapel lijkt onvermijdelijk. De dorpsgemeenschap van Wijnhuize rekent erop dat de gemeente de sloop zorgvuldig zal laten uitvoeren, zodat belangrijke elementen behouden blijven. Voorbeelden uit de omgeving tonen aan dat erfgoed zelfs in verval nog gered kan worden. In Herzele werd bijvoorbeeld een kapel succesvol verplaatst, en in Steenhuize werd een particuliere kapel door de gemeente gekocht om sloop te voorkomen. De inwoners van Wijnhuize en de dorpsraad geloven dat een vergelijkbare oplossing mogelijk moet zijn voor de Kalvaerkapel.
Verlies van geloof en erfenis
De discussie over de Kalvaerkapel gaat niet alleen over het gebouw, maar ook over de bredere context van het geloof in de gemeenschap. Terwijl de kapel vervalt, weerspiegelt dit ook de afname van religieus leven in de regio en daarbuiten. Voor veel inwoners is de kapel geen plek van aanbidding meer, maar een herinnering aan een tijd waarin religie centraal stond in het dagelijks leven. De ontkerkelijking heeft het belang van religieuze gebouwen doen afnemen, en dit is pijnlijk zichtbaar in de staat van de Kalvaerkapel.
Desondanks blijft de Kalvaerkapel een belangrijk onderdeel van de geschiedenis en identiteit van Wijnhuize. Hoewel de kapel niet langer functioneert als religieus centrum, is haar waarde als cultureel erfgoed en symbool van de gemeenschap onmiskenbaar. De verhalen en herinneringen van de dorpsbewoners zijn verweven met de muren van de kapel, en deze geschiedenis mag niet verloren gaan, zelfs niet als het gebouw zelf verdwijnt. Daarom pleit de dorpsraad van Sint-Lievens-Esse voor het behoud en de restauratie van de relicten en waardevolle elementen, zoals het kruis en de Mariagrot. Ze hopen hiermee het dorpsgevoel onder de bewoners van Wijnhuize opnieuw aan te wakkeren.
De kapel heeft altijd gediend als een plek waar belangrijke levensmomenten werden gevierd en waar de gemeenschap samenkwam. Hoewel de toekomst van de Kalvaerkapel onzeker is, leeft de geest van het gebouw voort in de harten van de mensen. De gemeenschap moet nu samenkomen om te bepalen hoe ze de erfenis van de kapel kan behouden, zelfs als de fysieke structuur verdwijnt. Dit zou niet alleen een eerbetoon aan het verleden zijn, maar ook een stap naar een toekomst waarin de waarden van gemeenschap en geschiedenis opnieuw kunnen bloeien. De dorpsraad van Sint-Lievens-Esse en de Herzeelse politiek hebben hierin een belangrijke taak.