E-column uit Goeferdinge: Ik kweek al jaren helleborussen

1-3-IMG_0771-001

De meeste tuinen bieden, bij normale weersomstandigheden, tijdens de koude wintermaanden maar een sombere en kale aanblik. In het beste geval hebben de groene gazons dan plaatsgemaakt voor een witte sneeuwlaag. Ook in veel borders staan de heesters er met kale takken bij en er heerst meestal donkergroen en grijs.

ecolumn-uit-goeferdinge-karel-depelsemaeker-banner

Maar u hoeft het, in deze tijd van het jaar, niet zonder prachtige bloemen te stellen; vooral deze winter niet. Kerstrozen bijvoorbeeld, vormen nu prachtige nuances in onze slapende tuinen. Omdat ze gewend zijn aan lage temperaturen, bloeien ze van december tot maart, ze vormen dan een aangename afleiding in onze koude wintertuin. Let wel: ik heb het nu niet over de kerstroos, die ook ‘kerstster’ wordt genaamd. Deze met haar groene bladeren waarvan het bovenste gedeelte, of de kruin, bloedrood of crème-achtig wit is en die we de laatste 30 jaar zo graag nabij de kerstboom zien staan. Nee, ik heb het over de kerstroos die ik al sinds kindsbeen ken, deze vanuit de tuin van onze grootouders; deze die we ook op oude nieuwjaarskaarten aantreffen. Kaarten waarop alleen ‘Gelukkig Nieuwjaar’ staat en waarop ‘helleborusbloemen’ worden afgebeeld omringd door een hoefijzer. Twee symbolen: de helleorusbloem voor hoop en het hoefijzer voor geluk! (Kerstmiskaarten echter werden steeds geïllustreerd met de heilige familie en met het legendarische ‘Zalig Kerstmis’.)

De oorsprong van helleborussen, of van kerstrozen, ligt in bergachtige gebieden waar ze gewoonlijk te vinden zijn op hoogtes tot 1900 meter. Dit zijn beschermde soorten en hun natuurlijke habitatten strekken zich uit vanaf de oostelijke Alpen, Duitsland (voornamelijk Beieren), Oostenrijk, Zwitserland en Itali ë, tot de noordelijke Balkan. Kerstrozen, of ‘Helleborussen Niger’, worden gekenmerkt door hun schotelvormige witte, of soms felroze, bloemen. Het zijdeachtige oppervlak van de bloemen en hun zwarte wortels zijn onmiskenbaar. Ze kunnen 10 tot 30 cm hoog worden. Alle soorten, er bestaan er een tweehonderdtal, zijn bijzonder sterk en eenvoudig te verzorgen. Ze behoren niet, zoals de naam onterecht suggereert, tot de rozenfamilie maar wel tot de ‘Ranunculus’ of ranonkelfamilie.

Letterlijk vertaald, betekent helleborus zoiets als ‘dodelijk voedsel’; deze naam is niet toevallig want helleborussen zijn inderdaad giftig. Daarom moet u steeds uw handen wassen nadat u deze planten hebt aangeraakt of, beter nog, handschoenen dragen wanneer u ze moet vastnemen. U hoeft u echter geen zorgen te maken over uw huisdieren, ze zijn voor hen niet schadelijk tot zolang ze van de giftige wortels niet gaan eten. Vanwege hun toxische effect werden kerstrozen vroeger gebruikt als medicinale planten die vooral gebruikt werden voor het behandelen van zenuwaandoeningen en geestesziekten. Kerstrozen werden vroeger ook gebruikt om het weer voor het komende jaar te voorspellen. Het wortelextract van de kerstroos werd tevens gebruikt voor het produceren van snuiftabak en niespoeder. Vandaar dat de plant in het Nederlands ook wel bekend staat als nieskruid. Omdat kerstrozen in de winter bloeien en koude, sneeuw en ijs trotseren, werden ze altijd aanzien als een symbool van hoop.

De ‘Helleborus Foetidus’ of het stinkend nieskruis is inheems in Belgi ë en Zuidwest-Europa. Hij groeit op rotsachtige hellingen, bermen en open bossen. Bij ons in Belgi ë, in de streek van Chimay, Couvin, Nismes. De diep ingesneden bladeren van deze planten lijken wel op palmbladeren. De ‘Helleborus foetidus’ doet het nog erg goed op schaduwrijke plaatsen en vormt een stammetje. De bloemen verschijnen in groepjes en van half januari tot de lente. Ze zijn niet erg opvallend, wel groenachtige rustig, met aan de randen wat rood-roze.

Het grootste deel, van de helleborusrassen, wordt samengebracht in de ‘ groep Helleborus orientalis’. Hoewel er een tweehonderdtal benaamde rassen bekend zijn, worden ze vooral op kleur verkocht. De meest voorkomende bloemkleuren zijn: wit, wit met donkere spikkels, licht- en donkerroze, roze gespikkeld, lila, paars, roodpaars, vuurrood, heel diep paars, bijna zwart, maar ook crème-geel, boterbloemgeel en lichtgroen. De witte bloemen verkleuren vaak naar roze en groen.

Plant helleborussen in humusrijke grond met wat kalk. Of in dezelfde grond die een buxus vereist. ( Wilde buxus vinden we trouwens, net als nieskruit, in de streek van Chimay en Nismes.) In pot gekochte planten, die u eerst een tijdje in de woonkamer heeft gezet, kunt u daarna, indien het niet vriest, buiten op een beschut, half beschaduwd, plekje planten. Daar kunnen ze jarenlang blijven staan. De grond moet eerst wel tot op een diepte van ongeveer 40 cm bewerkt worden. Breng ieder jaar voedzame compost, of oude stalmest of koemestkorrels rond de planten aan en laat ze dan verder met rust. Ze zullen dan steeds rijker gaan bloeien. Ik forceer de planten door ze vanaf november, in pot of bak, in de veranda te plaatsen. Dit jaar had ik al twee weken voor kerstmis ‘volop’ bloeiende helleborussen. Buiten, in volle grond, stonden er op hetzelfde moment ook al enige waarvan de botten uit de grond kwamen piepen.

Nb: de kerstster, ook kerstroos of poinsetta genaamd, behoort tot de wolfsmelkfamilie of ‘Euphorbiaceae’ en wordt de laatste drie decennia voornamelijk gekocht in de periode van Kerstmis. Er bestaan rassen met helderrode, donkerrode, zalmroze, witte en gele schutbladeren die stervormig rondom de bloemknoppen gerangschikt staan. De eigenlijke bloemen zijn klein en geel van kleur. In hun wilde vorm in Mexico, waar deze planten vandaan komen, vormen deze planten heesters die tot 4m hoog kunnen worden.

Deze planten bloeien daar van november tot januari en februari. In de zomer staan de struiken kaal. Om deze planten voor de tweede keer in bloei te krijgen hebben ze een lichtbehandeling nodig waarbij het licht schijnt zoals tijdens de kortste dagen van het jaar. Hiervoor moeten de planten tien uur per dag in het licht.

Karel De Pelsemaeker.