Het trio van de Balegemse Klepmolen…

dsddsdds

Balegem, 22/03/2017: Willy Van Nevel, Rik Vandecasteele en Michel Christiaens: een trio dat wind in de zeilen heeft…Er gaat niet direct een lichtje branden… maar dit trio houdt de Klepmolen van Balegem in goede conditie, want een molen die niet draait is ten dode opgeschreven… Willy en Rik en Michel hebben het dan ook in dit interview — exclusief voor De Beiaard- over   “onze Klepmolen”   of de reus van Balegem.  

fssfsff

Rik Vandecasteele en Michel Christiaens volgden in hetzelfde jaar 2011 de molennaars opleiding. Rik koos daarna voor het “meesterschap” en Michel verkoos de richting “molengids”. Er wordt nog al eens lachend aan de bezoekers verteld dat Willy en Rik het werk doen, tewijl Michel   als gids uitlegt   hoe dat moet gebeuren… Het is een voorstelling van zaken die nogal grof geborsteld is, want deze “vakmannen” vormen een hecht team en dat is nodig in hetzelfde huis “de klepmolen”

 De lezer wil graag weten hoe jullie er toe kwamen om molenaar te worden?

Willy Van Nevel   komt uit een “molenaarsstamboom” zijn grootvader was molenaar in Nazareth, verder was zijn vader ook een molenaar en zelf is hij geboren in een watermolen.

Rik en Michel kregen steeds meer en meer belangstelling voor molens en voor alles wat daarmee gepaard ging en zij ontdekken dat de vzw Oost-Vlaamse Molens degelijke opleidingen aanbood om zich te bekwamen als molenaar. Dat verondersteld het volgen van een   specifieke cursus (tweejaarlijks)   het slagen in een theoretisch examen en nog eens een stage   doorlopen van minimaal 100 uren. Dat is de basis nadien kan er gekozen worden voor   diverse andere richtingen.

 Wat is jullie eerste maalmoment?

Het eerste maalmoment gebeurt tijdens de stage, want daar zijn minstens 25 maaluren voorzien, en die gebeuren bij voorkeur op verschillende soorten molens, zowel wind- als watermolens. Voor ons als molenaars is het “echte werk” best spannend te noemen, omdat wij op vele zaken attent moeten zijn, om een goed eindresultaat te komen, nl gemalen meel. De eerste ervaringen doen verlopen niet zonder het “zweet”.

sdsddssdsd

Wat zijn jullie ervaringen met onze windmolens in Vlaanderen?

Er zijn nooit twee gelijke molens, want iedere molen is een “individu” en heeft zijn eigenheid. De grote verschillen zijn te vinden in de verschillende types van molens, zo heb je de staakmolen en de stenen molens en de watermolens. Het malen met een staakmolen is een aparte belevenis, je moet er als molenaar “zeebenen” voor hebben… want tijdens het malen staat het molenkot heen en weer te bewegen, bezoekers slaan nog net niet in paniek.

Wanneer zingen de molenstenen…?

Een molen bedrijfszeker houden is de opdracht van iedere molenaar, en wanneer de molen in “goede conditie “ is en er een constante maaiwind is, dan loopt de molen als een gesmeerde machine en dan “zingen “ de molenstenen, en dat klinkt als muziek in de oren van de molenaar. Zodra er ergens een valse noot te horen is, moet de molenaar alert zijn en eventueel ingrijpen.

DDDD

Ooit angstige momenten beleefd ?

Angstig kan je maar beter zijn indien de natuur dreigt met de molen op de loop te gaan. Wanneer de wind plotseling aanwakkert en er net geen graan in de kaar zit, dan kan de molen op hol slaan. Het is zaak hem dan zo snel mogelijk stil te leggen, te „vangen“. Dat is iets wat geen uitstel duldt. Kom je daarmee te laat, dan kan de molen kapot draaien. Het spreekt voor zich dat zoiets met enorme schade en gevaar gepaard gaat.

Wanneer de wieken niet meer apart te zien zijn als ze aan een venster passeren, maar als één massief „wiel“, dan grijpt een hand met ijzige vingers het hart van de molenaar. Zelfs vangen is dan een groot risico. Het kan zover gaan dat door de wrijving van de rem de rook uit de kap slaat! Een schietgebedje tot Sint Victor is dan aangewezen. Om onze patroonheilige ertoe te bewegen te voorkomen dat de molen in brand vliegt.

121

In bepaalde omstandigheden kan het voorkomen dat de wind opeens 180 graden draait. Daardoor blaast hij dan tegen de achterkant van wieken. De molen gaat in de verkeerde richting draaien. Door de specifieke manier waarop het remmechanisme, de vang, is gemaakt, is het dan niet mogelijk de molen te remmen. Er blijft geen andere mogelijkheid over dan de molen uit de wind te zetten. Dus met man en macht moet er dan „gekruid“ worden.

Weet je nog iets over de geheime taal van de molenaars ?

Boeren en molenaars hadden mekaar nodig maar tegelijk lagen ze voortdurend overhoop. De boer vond altijd dat de molenaar een dief was. Eentje die van zijn meel stal. De molenaar vond dat de boer een krentenkakker was die altijd wat te morren had. Nu werkten de molenaars wel eens hun eigen slechte reputatie in de hand. Bijvoorbeeld door het gebruik van „meulefrans“. Op de zakken meel schreef de molenaar hoeveel erin de zak zat. Alleen deed hij dat niet met een schrift dat voor iedereen leesbaar was. Nee, elke molenaar ontwikkelde een eigen code. Let wel: iedere molenaar. Dat betekende dus dat ze zelfs het schrift van elkaar niet konden ontcijferen.

111

Van dat meulefrans zijn hier en daar nog wat fragmenten bewaard gebleven. Het is een ingewikkeld systeem met verticale en horizontale streepjes. Of nog wat anders, zo als het de molenaar inviel.

Het is verder ook zo dat de molens konden „spreken“. Door een bepaalde stand van de wieken konden sommige omstandigheden duidelijk gemaakt worden. Vreugdevolle gebeurtenissen, droevige zaken, een korte rust, een lange rust… De molenwieken vertelden de gemeenschap wat er in de molen aan de hand was. Wanneer de wieken spraken van een lange rust, dan had het geen zin om naar molen te gaan. Dat kon iedereen van ver zien zonder dat er tijd verloren moest gaan aan een tocht die op niets uitliep.

dsddsdds

Je bent vrijwilliger bij de gemeente Oosterzele. Wat betekent dat?

In Vlaanderen zijn er geen beroepsmolenaars meer. Het bedrijven van een wind- of watermolen „om den brode“  bestaat niet meer. Het is al lang niet meer rendabel. Wel is het zo dat een molen die niet werkt, kapot gaat. Onvermijdelijk. Dus om die getuigen uit ons industri ële verleden levend en gezond te houden zijn er vrijwilligers nodig. Zo eenvoudig is dat. De Klepmolen in de Bottelweg draait iedere eerste zondag van de maand. Wie nog meer technische informatie wil of de geschiedenis wil kennen, kan terecht op de website van Molenecho’s http://www.molenechos.org/molen.php?AdvSearch=62

Of bij Oost —Vlaamse molens : http://www.vlaamsemolens.com

Wat wil je nog meer kwijt over je unieke bezigheid als molenaar?

Van dichtbij betrokken zijn bij het molengebeuren geeft veel voldoening. Het werken met natuurkrachten als de wind en het stromend water (bij watermolens) is uniek. Het bedienen en beheersen van een onvoorstelbaar machtige machine is speciaal.

Dikwijls heeft men van het bestaan van een molenaar een nogal romantisch idee. Het is echter zwaar werk. Evenwel is er de dag van vandaag geen “verplichting” achter de job, zoals vroeger toen er “de kost “ mee moest verdiend worden. Het geeft veel voldoening naar het meel te kijken, te voelen en te ruiken. Het geeft ook voldoening een product voort te brengen dat eerlijk en zuiver is, op een manier zoals ook onze voorvaderen dat deden.

De activiteit van molenaar legt een brug tussen het heden en het verleden. Wij, molenaars zijn de behoeders van een erfgoed dat eens op sterven na dood was. Dat dreigde in de mist van de moderniteit verloren te gaan. Wij, de vrijwillige molenaars en de mensen en instanties die in de molentechniek wilden en durfden investeren, wij hebben het daarvan gered.

Bedankt Willy, Rik en Michel voor jullie verhaal en houdt de Balegemse Klepmolen verder in goede conditie.

 

Herman De Knijf

Fotografie L.A.M.P