Anny Bert: From Syria with love

 

Ik ben net terug uit Syri ë. Ver is de terugreis niet en maar goed ook want ik heb een beetje overgewicht. Voor doeaniers heb ik geen schrik, wel voor die vreselijke trappen. De Zottegemse stationstunnel heeft wat met trappen.

Op een werkende roltrap kan je maar af en toe rekenen. Met de tijd heb je zo stilaan een analyse opgebouwd van de elementen die kunnen spelen om een Zottegemse roltrap onbeweeglijk te houden. Een vakbondsactie ! Stevige vorst ! Grote hitte ! Stroomtekort ! Sabotage ! Zware artrose in de duim van de man die de knop moet bedienen ! Bevel van de Staatsveiligheid !

Er zijn natuurlijk ook de oude trappen maar daarvan werden vorig jaar de losgekomen bandijzers, anno 1303 toen Jan Breydel het eerste oudstrijdersbal organiseerde, vervangen door rattenvallen of vossenklemmen of hoe je het noemen wilt. Het moordtuig hangt niet áán de trede maar ligt óp de trede, een reep mooi geel en zwart gekleurd  ijzer, maar met een uitgesproken drang om zich te verheffen. Wie een fijner model schoen of sandaal draagt en nooit “Stap nu rond als een gans, zo gaat de kabouterdans” leerde, zeg maar volvoetig beneden komt, moet ze helemaal onderaan gaan zoeken : de kiwi’s en de bananen en de tomaten en de gember en de magnok. Want daarvoor trek je toch naar Syri ë !

Zodra je de Syrische deur openduwt, een glazen deur, made in Belgium by Vandekerkhove-De Smaele, overvalt je een overdaad aan exotische geuren en fijne aroma’s van kruiden en zaden en poeders en pasta’s. Je schijnt in een museum te lopen en houdt regelmatig halt bij een soort pitten of bij een zakje jam, vacuüm en helemaal plat, misschien wel ooit platgereden door de tanks van het regeringsleger van Assad. Je kijkt wat erop staat. Het zijn tekens die je nooit bij juffouw Margriet of bij meester Willy hebt geleerd. Je probeert er een woord in te herkennen maar dat lukt niet. Misschien staat er wel : Bemoei je eens met je eigen confituur !

Je ontdekt er een ander zakje met een grofgemalen wit poeder, niet toxisch, niet licht ontvlambaar, ook niet ontplofbaar en dat spul herken je wel. Je maakte er in een vorig leven voor je kinderen rotskes mee, met cocosnoot en stijfgeklopt eiwit en suiker. Je oven geurde naar het paradijs en in keuken en woonkamer bleef urenlang een zalige zoetigheid hangen. Je kinderen leefden plots in het aards paradijs. Ze waren Adam en Eva. Maar wie was jij dan ? Twee kinderen die al als weesje op de wereld verschenen… Wat een Syrisch zakje toch met een mens kan doen. Zelfs Syrisch water in plastic flesjes , foei! hoor ik Anuna al zeggen, ontdek ik er, helder water in een oase in de buurt van Aleppo opgepompt. Daarop kan ik nu echter w él de tekens ontcijferen. Everyday, staat er.

Gelukkig zijn er de vele bakken met groenten en fruit waar ontcijferen niet hoeft. Iedereen in de Stationsstraat en ver daarbuiten, kent wel rode en gele pepers, witloof, rode kool, ui en sjalot, courgette en druiven, pompelmoes en appel.

Echt ontspannend, voer voor een stand-upcomedian, wordt het pas wanneer je er even neerstrijkt om nog look en aubergine naast je kippenbouten uit het warenhuis en je varkenswangetjes en je kabeljauwhaasje en je volkorenbrood in je tas te persen, je 100% katoenen tas, jawel Anuna ! Je betaalt en bij het naar buiten gaan, valt je oog op mooie, frisse bloemkolen. Je denkt aan dat overgewicht en aan die moordtrappen en je laat de bloemkolen waar ze zijn : bij de gesluierde bedeesde jonge vrouw.

Wanneer je twee dagen later weer naar Syri ë afreist, kan je kiezen uit alle modellen en kleuren van groenten en fruit, echter niet van bloemkolen. Dan pas kan de concurrentiestrijd tussen Alex Agnew en Philippe Geubels beginnen. Je zegt haar eerst in duidelijk Nederlands dat je een bloemkool wilt. Bloem-kool herhaal je, de goeie raad van Peter Lagaert indachtig “Ga en vermenigvuldig onze Nederlandse woorden”. De hand hou je in een detectivegebaar boven de ogen alsof je speurwerk verricht zoals in het vroegste werk van Agatha Christie : “Het Raadsel van de verdwenen Bloemkool”. Je kijkt rond en je knikt nee.

Ze haalt de schouders op want ze schijnt je niet te begrijpen. Dan komt je eenjarige cursus Mimiek voor Nederlandstaligen goed van pas. Met beide handen toon je iets wat rond is. En nog eens. De jonge vrouw lacht minzaam en kijkt naar buiten, naar omhoog. Meent ze dat je komt waarschuwen voor de volgende volle maan ?

Je waagt een ander model, niet zo plat, veel ronder zoals een bloemkool moet zijn. Ze lacht even vriendelijk en kijkt richting kelderruimte waar haar zoontje zit te gamen. Denkt ze dat je een bal van hem komt lenen ?

Nu neemt Jacques Vermeire het van Alex en Philippe over. Je pakt een rode kool beet, aait ze liefdevol over haar ronding, legt ze terug en knikt nee. Dan zeg je vlug, terwijl de negatie nog werkt, bloem-kool. Ze lacht meisjesachtig verlegen want ze heeft het begrepen. Morgen, zegt ze opgelucht, en nog een tweede maal morgen.

Mañana ! Ze moet gemengd Syrisch-Spaans bloed hebben. Als zakenvrouw zal ze het nog ver schoppen want mañana is maandag, haar sluitingsdag.