Marijn Devalck: Tussen Brakel, Boma en het podium – een levensverhaal vol warmte en passie.

Er zijn artiesten die je raken met hun talent, en er zijn er die je raken met hun ziel.

Marijn Devalck, een Brakelse duizendpoot met een hart zo groot als zijn charisma, hoort zonder twijfel bij die laatste categorie. Of hij nu een ontroerend lied zingt, als Balthasar Boma met zijn iconische snor over het scherm paradeert of zich inzet voor zijn geliefde Brakel: alles wat hij doet, doet hij met passie en een sprankelende levenslust. Of zoals Boma het zou zeggen: “Amai, amai, amai… wat een verhaal!”

Marijn Devalck : Van Marino Falco tot Balthasar Boma – En Altijd Zichzelf!

Marin Florent (Marijn) Devalck werd geboren in Ninove op 16 maart 1951 en groeide op in Vollezele, in het Pajottenland. Op 14-jarige leeftijd schreef hij zijn eerste liedjes en begon hij zijn zangcarrière als tiener-popidool onder de naam Marino Falco. In 1966 brak hij door met de hits “Ma première cigarette” en “Je n’ai plus mon papa”. Later kreeg hij een rol in de musical The Last Days of Isaac, waarmee hij zijn veelzijdigheid als performer bewees.

 

Zijn artistieke talenten beperkten zich niet tot muziek en theater. In de loop der jaren groeide hij uit tot een geliefde acteur, vooral dankzij zijn rol als Balthasar Boma in F.C. De Kampioenen. Maar naast zijn carrière in de entertainmentwereld, engageerde hij zich ook op politiek vlak. Sinds 2013 is hij schepen in de gemeente Brakel, waar hij zich inzet voor cultuur en gemeenschap. In 2024 werd hij voorzitter van de gemeenteraad, een functie die hij tot 2025 zal bekleden.

 

Brakel: De roots van een rasartiest

In het glooiende landschap van de Vlaamse Ardennen vond Marijn zijn thuis. Zijn liefde voor Brakel bleef altijd onwrikbaar. Toen hij in 2006 gemeenteraadslid werd voor Open Vld, deed hij dat niet als carrièrezet, maar uit oprechte betrokkenheid. “Brakel heeft mij alles gegeven: kansen, vriendschap, inspiratie. Dit is mijn manier om iets terug te geven.” Zijn inzet voor cultuur en jeugdprojecten maakte hem tot een bekend gezicht in de regio. Niet als politicus, maar als buurman die mee aan de kar trok. “Buziness is buziness,” zou Boma zeggen, maar voor Marijn is het vooral een kwestie van het hart.

 

De muziek: Marino Falco

Nog voor Marijn Devalck de harten van Vlaanderen veroverde als Balthasar Boma, was hij al een tieneridool onder de naam Marino Falco. Met hits als Ma première cigarette en Je n’ai plus mon papa wist hij in de jaren 60 de hitparades te bestormen. Zijn warme baritonstem, die zowel kracht als gevoeligheid uitstraalde, raakte een snaar bij het publiek.

 

De liedjes van Marino Falco waren meer dan alleen maar popdeuntjes. Ze vertelden verhalen over de liefde, het leven en de kleine dingen die het leven mooi maken. “Laisse-Moi Seul” groeide uit tot een klassieker, een lied dat troost en herkenning bood aan verliefde en verloren zielen. Zijn album Marijn (1995) voelde niet als een verzameling nummers, maar als een persoonlijk gesprek. “Muziek is mijn manier om iets te zeggen” vertelt hij trots. Net als zijn personage Boma in F.C. De Kampioenen – een man met grootse dromen en een klein hartje – wist Marino Falco de juiste snaar te raken bij zijn publiek.

 

Hoewel zijn latere carrière vooral in het teken stond van acteren en theater, bleef de muziek altijd een belangrijke rol spelen in het leven van Marijn Devalck. Zijn ervaringen als Marino Falco vormden hem als artiest en legden de basis voor zijn veelzijdigheid en zijn vermogen om mensen te raken met zijn stem.

 

Balthasar Boma: De vleesgeworden legende

Wie Vlaanderen zegt, zegt De Kampioenen. En wie De Kampioenen zegt, zegt Balthasar Boma. Toen de reeks in 1990 van start ging, kreeg Marijn een rol die zijn leven voorgoed zou veranderen. Met zijn flamboyante outfits, zijn olijke Frans en zijn onuitputtelijk optimisme stal hij moeiteloos de harten van jong en oud.

 

“Poepeke doen?” De uitspraak is legendarisch, net als Boma’s “Bonzour tout le monde!” bij elke entree. Van zijn worstfabriek vol bedenkelijke producten tot zijn wankelende romances met Pascaleke – “mon amour pour touzours!” – Boma was meer dan een karikatuur. Hij was de tragikomische ondernemer die ondanks alles bleef geloven in zichzelf.

 

Zijn iconische villa aan de Konijnenweg 69, zijn avonturen in nachtclub De Pussycat en zijn vriendschap met burgemeester Freddy Van Overloop: alles aan Boma ademde Vlaamse folklore. “Ça y est!” was zijn vaste kreet wanneer hij dacht dat hij het gemaakt had, al liep het vaak anders af. En toch, in al zijn blunders en grootse plannen, bleef hij overeind krabbelen. Want zoals hij het zelf zou zeggen: “Mijn gedacht!”

Balthasar Boma, de flamboyante voorzitter van de Kampioenen, was soms een tragikomische figuur, maar altijd met een warm hart voor zijn ploeg. In hem herkennen we de vroegere beenhouwer of bakker die met een gulle – en vaak iets te creatieve – boekhouding de lokale club draaiende hield. Uiteraard zijn de tijden veranderd, al durft het nog weleens te gebeuren.

 

Maar laten we eerlijk zijn: elk dorp verdient een club als De Kampioenen. Niet per se voor het voetbal – daar zijn andere ploegen beter in – maar voor de vriendschap, de verbondenheid en de derde helft, waar de echte overwinningen worden gevierd. Want of het nu zwart, wit of grijs is, niets is waardevoller dan een gemeenschap die samenkomt.

 

Het podium roept: Theater en nieuwe avonturen

Hoewel De Kampioenen een monument blijft in de Vlaamse tv-geschiedenis, is Marijn Devalck nooit iemand geweest die stilzit. In 2023 keerde hij terug naar het theater met “Een acteur kan niet zingen”, samen met Walter Baele. “We lachen om onszelf, maar eigenlijk lachen we om het leven,” zegt hij over de show, die een mix is van humor, muziek en een flinke dosis zelfrelativering.

 

Zijn liefde voor het podium is onverwoestbaar, en zijn boodschap blijft helder: “Perfectie is saai. Echt leven zit in de imperfectie.” In alles wat hij doet, klinkt de warmte door die hem typeert. Of het nu als Boma, als zanger of als geëngageerd Brakelenaar is: Marijn Devalck blijft een man van het volk, met een hart voor kunst, muziek en mensen.

 

Vandaag: Een levenskunstenaar die blijft inspireren

Op 72-jarige leeftijd blijft Marijn een bron van energie en enthousiasme. Zijn theatervoorstellingen zijn een viering van het leven, zijn muziek blijft een knusse plek in het Vlaamse collectieve geheugen. “Ik wil mensen verbinden, of het nu via een liedje is of een grap,” zegt hij met een warme glimlach.

 

En Brakel? Daar is hij nog steeds de jongen die ooit droomde voor de spiegel, de man die het dorp een stukje warmer maakte. “Thuis zijn is geen plek, het is een gevoel,” zegt hij. “En dat gevoel geef ik mee in alles wat ik doe.”

 

Dus wie Marijn nog wil zien, moet niet enkel op zoek naar een podium. Zoek naar een ervaring. Want Marijn Devalck is geen artiest om gewoon naar te kijken – hij is iemand om mee te leven.

 

En zoals Boma het zou zeggen: “Aah copain, we gaan nog veel plezier beleven!