De provincie: doos van Pandora of lege doos?

‘Wie wordt de opvolger van Jan Briers?’ is de hamvraag waarmee elke (Oost -) Vlaming de afgelopen dagen werd geconfronteerd. De gouverneur uit het behartigenswaardige Baaigem zal uit zijn functie treden naar aanleiding van zijn naderende pensioen. Een opvolger vinden, blijkt niet evident te zijn. Wim Leerman kwam uit de aanwervingsprocedure als gedoodverfde winnaar. De algemeen directeur van de stad Aalst, tevens zelfzekere Zottegemnaar, zaaide zienlijk onrust in het politieke landschap. Open VLD, de voorstander van de onafhankelijke aanwervingsprocedure zes jaar geleden, relativeerde het eindresultaat van de kandidaat. Het was schijnbaar nooit de bedoeling om een rangschikking te cre ëren bij de selectie, aldus Gwendolyn Rutten. De selectie had als enige doel het analyseren van de capaciteiten van elke kandidaat. Als we deze gedachtegang volgen, zou dit de meest unieke aanwervingsprocedure in het Vlaamse ambtenarenlandschap zijn. Dit impliceert een voorafgaande procedure die in zijn finaliteit irrelevant is. Open VLD zag de aanstelling van Steven Vanackere binnen de Nationale Bank van Belgi ë als een springplank om Carina Van Cauter naar voren te schuiven als aangewezen gouverneur.

De vrouwelijke gouverneur in spe werd echter geconfronteerd met de resultaten van de offici ële selectieprocedure die werden gelekt. Carina Van Cauter trekt zich terug uit de ‘wedstrijd’. Stilzwijgend bevestigt elke politicus hoe deze informatie gelekt is. De bureaucratische werking van de overheid garandeert immers een bescherming van de persoonlijke gegevens van elke kandidaat. Het lek is duidelijk een strategische doelstelling van de partij die het meest baat haalt uit deze situatie. Opnieuw verschijnt Wim Leermans uit de coulissen. Hij wordt op zijn beurt onderworpen aan een haast geschiedkundige analyse. Er wordt gewezen op het feit dat hij van 1995 tot 2004 politiek actief was als OCMW-raadslid bij de lokale partij STEM-D88 in Koksijde en in 1999 op de senaatslijst stond voor de Volksunie. Daarnaast is zijn neef, Sander Loones (N-VA), de minister van Defensie.

Documenten worden gelekt, stambomen geschetst en heuse tijdslijnen geanalyseerd. Men gebruikt elk middel om als partij de gegeerde functie van gouverneur te kunnen verwerven. De gouverneur is nagenoeg één van de weinige ambtenaren die nog met alle bestuursniveaus te maken heeft. Zo vervult hij opdrachten van de Vlaamse overheid (o.a. toezicht op de gemeenten) en de federale overheid (o.a. rampenbestrijding). Sinds de jaren ’70 ontstond de discussie over de meerwaarde van de provincies. De fusie van gemeenten zorgde voor grotere gemeenten en de staatshervorming leidde tot sterke regio’s. In 2018 bepaalde de Vlaamse Regering dat de Vlaamse provincies geen persoonsgebonden bevoegdheden meer zullen uitoefenen. Ze voeren geen taken meer uit in het kader van jeugd, sport, cultuur of welzijn.

Na de eigenlijke doodsteek door de Vlaamse Regering, blijft de provincie krampachtig vasthouden aan de zogenaamde rampenbestrijding. Dit bestaat uit twee aspecten: ondersteuning van de gemeenten en optreden bij opschaling van een ramp. Aangezien er geen wettelijk kader is voor de noodplanningsambtenaar, wordt deze functie vaak vervuld door personen die onvoldoende kennis hebben of via een politiek kanaal hier zijn terechtgekomen. Ondersteuning is dus noodzakelijk maar kan evengoed opgelost worden door een wettelijk kader te scheppen voor de functie van noodplanningsambtenaar. Daarnaast moeten de gemeenten een toelage betalen aan de provincie in ruil voor sjablonen en een bijkomende ondersteuning. Deze toelage wordt berekend op basis van het aantal inwoners van een gemeente. Opschaling bij een ramp gebeurt in realiteit niet bijster veel en kan evengoed vervuld worden door een intergemeentelijk samenwerkingsverband.

Zo komen we meteen bij het tweede deel van de titel: ‘de lege doos’. De provincie is immers volledig uitgekleed. Evenals de aanwezigheid van een gouverneur slechts een beperkte meerwaarde biedt in de huidige vorm. De politieke partijen krijgen jaarlijks vier miljoen euro steun om de provinciebesturen in stand te houden. Wanneer we de geldkwestie buiten beschouwing laten, zijn politieke partijen niet langer geïnteresseerd in de provincies. Daarnaast ligt de burger hier niet wakker van. De provincies worden de komende jaren opnieuw uitgemolken in plaats van de koe te slachten.